De
huizen staan open
De kamers zijn warm
Het zijn de moeders
Die
op de drempels staan
Als kapiteins op hun schepen
Met open
armen bij de deur
Er is niemand die ons zo goed kent
Als zij
De moeders.
Zij namen ons bij de hand
Voerden ons met
woorden
En voedzame maaltijden
In de stilte van de storm.
De
vrouwen die ons vormden
Onze tranen wegveegden
Met liefdevolle
handen
Die ons ook weer uitwuiven
Als we gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten